Interview

Bijzondere contracten in kort bestek: de tiende editie is verschenen!

Bij Larcier-Intersentia verschijnt in september 2025 de tiende editie van het boek Bijzondere contracten in kort bestek van prof. dr. Bernard Tilleman en prof. dr. Alain Laurent Verbeke.

De tekst is up-to-date tot 1 augustus 2025 en zoals de vorige edities bevat het boek een beperkte bibliografie, een aantal oefeningen per hoofdstuk (sommige met een voorbeeld van oplossing) en een aantal didactische schema’s en tabellen.

Deel I behandelt contracten inzake overdracht van eigendom, zoals koop, kanscontracten en dading. In Deel II komen de belangrijkste contracten inzake genot van eigendom aan bod, met name huur en lening. In Deel III worden de dienstenovereenkomsten besproken, namelijk aanneming, bewaargeving en lastgeving.

Larcier-Intersentia interviewde de auteurs naar aanleiding van deze uitgave

Dit jaar verschijnt de tiende editie van ‘Bijzondere overeenkomsten in kort bestek’. Kunnen jullie uitleggen wat we precies vieren en hoe het boek zich in die 21 jaar heeft ontwikkeld?

Deze editie is in zekere zin een dubbel feest. Het is niet alleen de tiende editie, maar ook de eenentwintigste verjaardag van het boek. In 2004 verscheen de allereerste versie, geschreven door Alain Verbeke als cursusmateriaal bij zijn colleges “Bijzondere overeenkomsten” in de toen nog eerste licentie Rechten aan de KU Leuven. We zijn dus, om het juridisch te zeggen, "meerderjarig" geworden volgens het oude recht. 

In de tweede en derde editie (2005-2006) werd het boek niet enkel geactualiseerd maar ook fors uitgebreid, samen met co-auteur Bernard Tilleman. In 2007 heeft Alain Verbeke wel bewust gekozen om terug te keren naar de oorspronkelijke eenvoud. Beknopt, minder uitvoerig, ten volle ‘in kort bestek’. De meer uitgebreide analyse van de bijzondere contracten, die in de uitgebreide tweede en derde editie was opgenomen, verhuisden naar een ander boek, vooral omdat de bachelor-masterhervorming het vak "Bijzondere overeenkomsten" samenvoegde met het goederenrecht. 
Zo ontstond het welbekende clustervak GBO: Goederen en Bijzondere Overeenkomsten.

Sindsdien hebben we die dubbele sporen behouden. Enerzijds dit compacte standaardwerk met basisprincipes, anderzijds het uitgebreidere Vermogensrecht in kort bestek: Goederen- en bijzondere contractenrecht, dat we samen met Vincent Sagaert uitwerken. Dat boek is nu in 2025 al aan zijn achtste editie toe, met integratie van Boek 6 en zelfs een vooruitblik naar de hervorming van Boek 7.

Wat maakt deze tiende editie van Bijzondere overeenkomsten in kort bestek bijzonder?

De formule blijft dezelfde: helderheid en eenvoud. Alleen de hoofdprincipes, geen overvloed aan voetnoten, en telkens een beknopte bibliografie voor wie verder wil lezen. Daarbij hebben we voor de studenten gezorgd voor een uitgebreide inhoudsopgave en ook voor oefeningen na elk deel, zodat elke lezer zijn kennis en het praktische assimilatievermogen van de leerstof kan testen. 

Belangrijk is ook te vermelden dat we in deze tiende editie de specifieke wetgeving over digitale diensten en producten, de consumentenkoop voor huisdieren en de integratie van productaansprakelijkheid in Boek 6 behandelen. Deze tiende editie kijkt ook vooruit naar Boek 7 en duidt de voorgestelde wijzigingen die eind september/oktober 2025 parlementair worden besproken.

Voor wie is dit boek nu eigenlijk bedoeld? 

Het boek is gemaakt met studenten in gedachten, maar het moet ook praktisch hanteerbaar zijn voor juristen in het werkveld die snel de basisregels van de belangrijkste bijzondere contracten willen terugvinden. Geheel in de lijn van het concept van de reeks Recht in kort bestek wil het de basisregels van de belangrijkste bijzondere contracten in het Belgische recht toelichten voor elke professional die niet gespecialiseerd is in het contractenrecht, maar er toch af en toe mee te maken heeft of gewoon een en ander wil opfrissen. Aldus hopen we dat dit boek ook nuttig zal blijven voor advocaten, notarissen, gerechtsdeurwaarders, magistraten, bedrijfsjuristen en zovele anderen die dagelijks bezig zijn met het recht.

Het werk bestaat uit drie grote delen. In het eerste deel behandelen jullie de bijzondere contracten die leiden tot overdracht van eigendom, in het tweede deel gaat het om contracten die draaien rond het genot van eigendom, en het derde deel richt zich op dienstencontracten. Niet alle bijzondere contracten komen dus aan bod?

Dat klopt. We beperken ons bewust tot de basis. Contracten die behoren tot zelfstandige rechtsgebieden laten we buiten beschouwing. Denk aan het arbeidscontract, de verzekering, de vennootschapsovereenkomst, het huwelijkscontract, de schenking, borgtocht, inpandgeving en hypotheek. Aan pacht besteden we evenmin uitgebreid aandacht, omdat daarvoor een strikte aparte regeling geldt.

Onze aandacht werd bijzonder getrokken door jullie tekst over de indeling in benoemde, onbenoemde en gemengde contracten. Kunnen jullie dit nader toelichten?

In het vak Bijzondere Contracten wordt via de bespreking van specifieke contracten voortgebouwd op de algemene regels over hoe contracten geldig tot stand komen, welke de gevolgen zijn van een contract en hoe aan deze gevolgen een einde komt. Deze principes zijn uitvoerig bestudeerd in het vak Verbintenissenrecht. Het verbintenissenrecht vormt de basis en kern van de vorming tot jurist. Elke student zou ieder jaar opnieuw zijn cursus verbintenissenrecht moeten herhalen en opfrissen.

De klassieke opdeling van een cursus Bijzondere Contracten volgens benoemde en onbenoemde contracten wordt verlaten, wat niet belet dat het nuttig is om dit onderscheid voor ogen te houden. 

Benoemde contracten zijn uitdrukkelijk geregeld in het Burgerlijk Wetboek. Voorbeelden zijn koop, huur en lening. Ze bieden rechtszekerheid omdat de wetgever een uitgewerkt kader geeft waar partijen op kunnen terugvallen. Toch blijft dit grotendeels aanvullend recht: partijen kunnen meestal afwijken. Alleen uitzonderlijk legt de wet dwingende regels op.

Onbenoemde contracten zijn contractvormen die uit de praktijk zijn ontstaan, zoals factoring of franchising. Ze hebben doorgaans geen expliciete wettelijke regeling. Toch zijn ook hier de algemene verbintenissenrechtelijke regels altijd van toepassing én kan men vaak analoge toepassing maken van bestaande regels.

De realiteit is evenwel altijd vindingrijker dan de fictie. In de praktijk vinden wij daarom ook contractvormen waarbij het moeilijk is om die mooi in één vakje onder te brengen. Zij lijken van alles wat te hebben. Het zijn gemengde contracten waarin wij elementen van meerdere benoemde contracten kunnen onderscheiden en die toch op zichzelf een juridische eenheid uitmaken. Zo een gemengd contract is eigenlijk een onbenoemd contract, een kind van meerdere benoemde contracten. Denk aan het reiscontract tussen een toerist en een reisbureau. Wij vinden hierin sporen terug van aanneming van werk (vervoer, rondleidingen), lastgeving (reserveren van hotelkamers), bewaargeving (bagage) enz. Ook hier is het essentieel om een idee te hebben van de toe te passen regels. 

Met de hervorming van ons verbintenissenrecht heeft de wetgever hiervoor een regel geformuleerd in artikel 5.67 BW, die in het eerste lid als uitgangspunt kiest voor de cumul: “Wanneer een contract bedingen bevat die vallen onder verschillende categorieën van contracten, wordt elk beding onderworpen aan de regels die van toepassing zijn op de categorie waartoe het behoort”. 
Maar in het tweede lid wordt er genuanceerd met absorptie: “Indien een contract evenwel, in bijkomstige orde, bedingen bevat die behoren tot een categorie die verschilt van diegene waartoe het contract in hoofdorde behoort, wordt het contract in zijn geheel, met de nodige aanpassingen, onderworpen aan de regels die daarop in hoofdorde van toepassing zijn”. 
Om dan op het einde van die bepaling nog verder te nuanceren en de absorptie in voorkomend geval weer te verlaten: “tenzij de desbetreffende bijkomende bedingen uit hun aard een eigen reglementering noodzaken”.

Tot slot – wat is voor studenten de sleutelbijdrage van dit boek?

De kracht van dit boek ligt in de eenvoud: de kernregels leren kennen, begrijpen en situeren binnen een heldere structuur. We illustreren dit met oefeningen en verwijzen beknopt naar literatuur. Het is geen encyclopedie, maar een solide basis voor juristen in wording – én een nuttige handleiding voor praktijkjuristen die snel de fundamentals willen terugvinden.

 

Over het boek

Bijzondere contracten in kort bestek (tiende editie)

Alain-Laurent Verbeke en Bernard Tilleman

September 2025
ISBN 9789400018907


Onze klanten raadpleegden ook:

Burgerlijk | April 2025

Handboek Buitencontractueel Aansprakelijkheidsrecht: de tweede editie is verschenen | Thierry Vansweevelt en Britt Weyts

Larcier-Intersentia sprak met de auteurs naar aanleiding van de verschijning van de tweede editie van dit werk. In dit interview lichten de auters de verschillen met de eerste editie toe en gaan dieper in op buitencontractuele aansprakelijkheid in België. Lees meer.

Burgerlijk | April 2025

Morele schade in het Belgisch buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht | Victor Schollaert

Larcier-Intersentia sprak met de auteur dr. Victor Schollaert naar aanleiding van dit recent verschenen werk. In dit interview werpt de auteur een nieuw licht op het begrip en de behandeling van morele schade in het aansprakelijkheidsrecht en meer. Lees meer.

Volg ons:     

              

Ons gratis tijdschrift:

· Emile & Ferdinand

Blijf op de hoogte met onze nieuwsbrieven!