| Interview |


Standard Business Contracts; een praktische leidraad voor de jurist
Larcier-Intersentia interviewde de auteurs Dirk Deschrijver, Marc Taeymans en Olivier Vanden Berghe naar aanleiding van de vijfde editie van hun publicatie Standard Business Contracts, die voor het eerst verscheen in 2006. Vanaf het begin was het de bedoeling van de auteurs om een aantal voor de praktijk belangrijke ondernemingsovereenkomsten naar Belgisch recht te bundelen, maar dan opgesteld in het Engels.
Dit maakt dit boek uniek: het Engels is niet de taal van het rechtssysteem in België, maar praktijkjuristen ervaren meer en meer dat het Engels vaak wordt gebruikt om contracten op te stellen, zeker wat betreft zakelijke en internationale contracten tussen ondernemingen. In het boek werd daarom ten behoeve van die praktijkjurist een selectie van een dertigtal templates van ondernemingscontracten opgenomen.
In de inleiding wordt benadrukt dat het boek niet gaat over het opstellen van contracten, noch de ambitie heeft uitleg te geven over contractclausules of de juridische concepten erachter.
Wat is dan de achterliggende gedachte?
Het boek is inderdaad geen handboek inzake verbintenissen- en contractenrecht. Daarvoor bestaan er op de Belgische markt tal van uitstekende werken. Dit boek wil aan de hand van voorbeelden een leidraad bieden voor de meest voorkomende clausules in verschillende soorten contracten. Deze clausules zijn zeker niet "te nemen of te laten": goede juristen zijn in staat om te bepalen wat echt nodig is in een contract. Zij kunnen ook de commerciële wensen van hun opdrachtgevers in juridische taal omzetten. Dit boek moet juristen helpen te begrijpen dat veel contractbepalingen eenvoudig, leesbaar en begrijpelijk kunnen zijn. Daarom zijn er ook varianten te vinden van clausules die hetzelfde onderwerp behandelen: het is niet "one size fits all" en zijn er ook bewust heel wat opties en alternatieven toegevoegd.
Onze ervaring is ook dat als voorwaarden of bedingen eenmaal in een contract zijn geschreven, ze slechts zelden gewijzigd of verbeterd worden, tenzij de wet of belangrijke jurisprudentie een aanpassing zou vereisen. Ook praktijkjuristen hebben de neiging dezelfde clausules steeds weer te gebruiken, zelfs als ze in een bepaalde overeenkomst geen zin meer hebben of bij nader inzien nog beter geformuleerd zouden kunnen worden.
Wat is het doelpubliek van het werk?
Het boek richt zich in eerste instantie tot professionele juristen, zoals advocaten en bedrijfsjuristen. Maar ook anderen kunnen naar onze mening – mits een oordeelkundig gebruik – baat hebben bij een raadpleging van het boek. Zo is het bijvoorbeeld voor accountants en fiscalisten zeer belangrijk te weten wat er bijvoorbeeld in een standaard dienstencontract dient te staan, aangezien ook de fiscus kritisch zal staan tegenover de inhoud van zulke contracten, zoals wanneer het fiscale kwesties betreft inzake de juridische werkelijkheid dan wel een simulatie. Ook inzake transfer-pricing-geschillen zijn correcte en niet achteraf opgestelde contracten fiscaal een vereiste.
Wordt een modellenboek niet overbodig met kunstmatige intelligentie (AI)?
In het geheel niet: het juridische werk kan niet vervangen worden door techniek. Om twee redenen. Recht is taal. Juristen moeten beschikken over een uitstekende taalbeheersing. Nog te weinig komt taalvaardigheid aan bod in de opleiding. Het schrijven van een scriptie is geheel iets anders dan het schrijven van een contract. Met gestandaardiseerde documenten werken is een manier om het werk van juristen te ondersteunen. Daartoe wil ons boek een bescheiden bijdrage leveren. Maar met deze kanttekening dat wij niet willen dat de jurist op automatische piloot gaat werken. Bovendien vergt het schrijven van contracten het omzetten van onderhandelingen en rechtsposities van de contractpartijen in bindende afspraken. Dat kan moeilijk gevat worden door AI, hoe goed de prompt ook geschreven wordt. Het is en blijft mensenwerk.
Kunt u wat meer uitleg geven over de wijze waarop die verschillende modellen een adequaat, maar toch soepel te hanteren instrument zijn?
Elk model wordt voorafgegaan door een korte inleiding, waarin duiding gegeven wordt over wat het contract beoogt te regelen. De overeenkomsten zijn gebaseerd op klassieke civielrechtelijke en vennootschapsrechtelijke concepten en er zijn uiteraard, zoals gezegd, veel boeken over elk van deze onderwerpen geschreven. Onze korte commentaren zijn dus niet bedoeld om deze doctrine of jurisprudentie samen te vatten of te vervangen. In de huidige editie hebben wij ook telkens één of meer beschikbare publicaties toegevoegd als referentiemateriaal over een specifiek contract.
Evenals in de vorige edities zijn de contracten ook "standaard" in die zin dat de meeste modellen zo neutraal mogelijk zijn ten aanzien van de transactie of de bedrijfstak of sector waarvoor zij kunnen worden gebruikt. Dit betekent per definitie dat een dergelijk standaardcontract niet noodzakelijk het beste contract is voor een bepaalde transactie en dat niet alle situaties, denkbaar of ondenkbaar, aan bod zijn gekomen. Zoals bij alle modellen, is een verdere individualisering vereist om de ontwerptekst aan te passen aan de specifieke omstandigheden van de situatie en de wensen van de partijen. Toch kunnen de sjablonen dienen als een nuttige leidraad; waar mogelijk of zinvol, zijn de opties en alternatieven opengelaten en aangegeven. Uiteraard is het evident dat het aan te bevelen is om elk contract te sluiten met juridisch en indien nodig fiscaal advies.
Kan het gebruik van het Engels in een Belgische context niet leiden tot niet-evidente vertalingen of zelfs fouten? Sommige termen zijn toch moeilijk te vertalen?
Inderdaad, veel Belgische rechtsbegrippen hebben geen precieze vertaling of equivalent in het Angelsaksische rechtssysteem en vice versa. Zo bestaat het begrip "goede trouw/bonne foi" niet in het Engelse common law. Wij wijzen ook op de gevaren van het gebruik van Engelse juridische begrippen die naar Belgisch recht ofwel niet bestaan, ofwel – erger nog – iets geheel anders betekenen. Wij plaatsen daarom, waar nodig en nuttig, tussen haakjes de Nederlandse of de Franse termen na de Engelse formulering. Achteraan in ons boek vindt de lezer overigens een lexicon met vertaling van de benaming van de contracten, concreet telkens de vertaling van het Engelse begrip naar het Nederlands en het Frans.
De invoering van de B2B-wetgeving heeft uiteraard ook een grote impact gehad op het schrijven of aanpassen van contracten.
Wij blijven er de nadruk op leggen: als een contract wordt opgesteld, is het meer dan belangrijk te controleren of alle contractuele bepalingen in overeenstemming zijn met de B2B-wet (Titel 3/1 van Boek VI WER), die in werking is getreden op 1 december 2020. Dus men moet nagaan of er sprake kan zijn van “zwarte” clausules (die onder alle omstandigheden verboden zijn) of “grijze” clausules (die verondersteld worden oneerlijk te zijn).
Zoals reeds aangehaald, hebben praktijkjuristen de neiging om dezelfde clausules steeds weer te gebruiken. Sommigen gaan er niet bij stilstaan dat als een contract hernieuwd of gewijzigd wordt na
1 december 2020 de B2B-wet van toepassing is. Enkel overeenkomsten die voordien reeds bestonden, kunnen (zolang ze niet werden hernieuwd of gewijzigd) niet worden aangevochten op basis van de B2B-wet. Een zeer belangrijk aandachtpunt dus!
Deze B2B-wet is bekritiseerd vanwege haar onduidelijkheden. De rechtsleer verdedigt dat zij moet worden ingetrokken, aangezien Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek inmiddels oneerlijke bedingen in het algemeen regelt (art. 5.52 BW), evenals schadebedingen en exoneratiebedingen in het bijzonder (art. 5.88 en 5.89 BW).
En uiteraard is er ook de invoering van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, met de invoering van de verschillende nieuwe boeken in het Belgische recht.
Met de wet van 13 april 2019 is een nieuw Burgerlijk Wetboek in het Belgische recht ingevoerd. Dit is stapsgewijs gebeurd; op het moment van het opstellen van deze editie (augustus 2025) zijn 7 van de 10 nieuwe Boeken in werking getreden. Het belangrijkste hiervan voor het contractenrecht sinds de publicatie van de vorige editie van dit werk is Boek 5 over verbintenissen, dat op 1 januari 2023 in werking is getreden. De modelcontracten in dit boek zijn aangepast aan deze nieuwe bepalingen van het algemene verbintenissenrecht.
Andere relevante Boeken zijn Boek 6 over buitencontractuele aansprakelijkheid, dat op 1 januari 2025 in werking is getreden, Boek 7 over bijzondere overeenkomsten, dat nog niet was aangenomen op het moment van het opstellen van deze editie, maar waarop we wel al anticiperen, en Boek 9, Titel 1 over persoonlijke zekerheden, dat op 1 januari 2026 in werking treedt.
De regels van het nieuwe Burgerlijk Wetboek zijn enkel van toepassing op overeenkomsten die zijn gesloten na de inwerkingtreding van het betreffende Boek. Zij zijn niet van toepassing op wijzigingen of verlengingen van overeenkomsten die vóór deze data zijn gesloten; daarvoor blijven de regels van het oude Burgerlijk Wetboek gelden. Opmerkelijk is dat Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek inzake buitencontractuele aansprakelijkheid in principe van toepassing is op feiten vanaf 1 januari 2025, ongeacht de datum van eventueel daarmee samenhangende overeenkomsten.
En uiteraard blijft juridisch advies essentieel; daar wijzen jullie nog eens nadrukkelijk op.
Dit boek gaat inderdaad niet over de techniek van het opstellen van contracten. Het bevat modellen die zijn opgesteld vanuit het perspectief van de praktijkjurist. Het is vooral belangrijk dat, zoals bij alle modellen, passend juridisch advies wordt ingewonnen bij gebruik in een specifieke zakelijke relatie. Indien van toepassing, dient ook passend fiscaal advies te worden gevraagd, onder meer met betrekking tot transfer pricing, de vaste inrichting en btw. De naleving van deze contracten in overeenstemming met het Europese recht moet echter afzonderlijk worden gecontroleerd, afhankelijk van de omstandigheden.
Bij het gebruik van deze modellen moeten lezers letten op de op dat moment geldende stand van het recht. Contractopstelling vormt een belangrijk onderdeel van het niet-contentieuze werk van advocaten, vooral in commerciële praktijken en bij bedrijfsjuristen. Voor de cliënt is het niet minder essentieel dat het contract dat hij ondertekent, duidelijk en correct is opgesteld dan dat hij goed wordt geadviseerd over juridische kwesties. Wij hopen dat dit boek daartoe zal bijdragen en wensen de lezers veel succes bij hun streven om commerciële overeenkomsten op te stellen.
Over het boek
Standard Business Contracts (Fifth revised edition)
Dirk Deschrijver, Marc Taeymans en Olivier Vanden Berghe
November 2025
ISBN 9781839706080

